Fenomeen broodfok en handelaars.

 

Een broodfokker is een fokker van gezelschapsdieren, meestal honden of katten, die fokt met als primair doel geld te verdienen, waardoor het welzijn van de dieren ondergeschikt wordt gemaakt aan de economische belangen.


Een dergelijke fokker let daarom niet op de gezondheid en het karakter van het dier. De dieren groeien niet op in een huiselijke omgeving, maar meestal in een hok of kooi. In de praktijk betreft het meestal jonge honden (puppy's) en katten (kittens). In de Engelse taal worden dit soort fokkers met puppy mills (puppyfabrieken) aangeduid, wat de lading beter dekt.

Er wordt vaak geen stamboom aangevraagd en en er komt met regelmaat inteelt voor: er wordt niet gelet op erfelijke ziekten of afwijkingen. Jonge dieren worden meestal niet goed gesocialiseerd en in sommige gevallen ook niet zindelijk gemaakt. Dit heeft tot gevolg dat ernstige lichamelijke afwijkingen en gedragsstoornissen kunnen ontstaan. Ook ontwormingskuren en andere parasietenwerende middelen worden de dieren soms te lang of geheel onthouden, wat de gezondheid en het immuunsysteem verzwakt.

Broodfok kent verschillende gradaties, maar wordt over het algemeen als dierenmishandeling beschouwd. Voor de koper is de aanschaf van een puppy of kitten niet zelden een geval van 'goedkoop is duurkoop': de aanschafprijs van het dier is lager dan van een dier dat in huiselijke kring bij een hobbyfokker is opgegroeid, maar de schade als gevolg van lichamelijke, genetische of geestelijke afwijkingen die kunnen optreden kan behoorlijk in de papieren lopen als deze medisch moet worden behandeld. Broodfokkers zijn meestal niet aangesloten bij rasverenigingen.