Bron: Landelijke Inspectiedienst Dierenbescherming
In de jaren negentig van de vorige eeuw waren onze inspecteurs al intensief betrokken bij de strijd tegen de ellende die gepaard gaat met de fok van en handel in jonge hondjes. Hun verhalen vormden de basis voor het eerste Zwartboek Malafide Hondenhandel dat in 1995 menigeen wakker schudde. In 1997 begon Ed Webers als jonge inspecteur bij de Landelijke Inspectiedienst Dierenbescherming. Ed haalt herinneringen op aan zijn kennismaking met de foute puppyhandel in Noord-Brabant, een provincie met een dubieuze reputatie op dit gebied.
"De varkenspest was in het land en overal werden stallen geruimd. Veel bedrijven zijn destijds gestopt. Maar zoals in Brabant gebruikelijk is, liet men het hoofd niet hangen en werd gezocht naar nieuwe manieren om geld te verdienen. De hondenhandel, die nog redelijk beperkt was, was blijkbaar een interessante optie. In 1997 bestond een systeem waarbij de gemeente een vergunning moest verlenen om honden te mogen fokken en verkopen. Alle bedrijven die er eentje aanvroegen, werden bezocht door een inspecteur van de Dierenbescherming. En zo rolde ook ik in de wereld van de hondenhandel.
Een wereld die in eerste instantie voor mij leek te bestaan uit bedrijven die precies volgens de toen geldende regels honden fokten en aanboden. Marktplaats en andere online verkoopkanalen bestonden nog niet en puppy's werden aangeboden in kranten of in het welbekende gele 'via-via krantje'.
Honderd teven
Een wereld waar ik toen nog geen benul van had, was die van de fokkers en handelaren die zich níet meldden bij de gemeente voor een vergunning en er alles aan deden om met zo min mogelijk kosten zoveel mogelijk geld te verdienen. In donkere schuren werden tientallen tot soms wel honderd fokteefjes gehouden met als enig doel om nestjes te krijgen voor nietsvermoedende particulieren die op zoek waren naar een hondje. Ik viel destijds van de ene verbazing in de andere. Honden lagen in kleine vuile hokken, in het donker en dik in de stront. Voeg daarbij de urine en je krijgt een ondraaglijke ammoniaklucht. Vies water en wat voer tussen deze bende maken het trieste plaatje compleet.
Zieke pups
Als andere diersoorten op de boerderij dood waren gegaan, werden die vaak gevoerd aan de honden. Kun je je voorstellen wat een verschrikkelijk gezicht het is als honden aan het kadaver van een jong kalf staan te trekken omdat dat het enige is wat ze te eten krijgen? Of wat dacht je van zieke pups van enkele dagen oud die op een muurtje liggen te wachten tot ze sterven? Op de vraag of er een dierenarts was gebeld, kreeg ik als antwoord: 'nee hoor, nergens voor nodig die zijn morgen toch dood'.
Na een aantal zaken kreeg ik steeds beter zicht op deze smerige praktijken en nu, na bijna 20 jaar bij de inspectiedienst, zie ik dat de hondenhandel een serieuze zaak is geworden. De vraag is zo groot, dat er altijd wel iemand in dat gat springt. De handel in honden, zowel puppy’s als oudere dieren, is een schimmige wereld, waar heel veel geld in omgaat en waarbij het dierenwelzijn op een laag niveau staat.
Zogeheten broodfokkers
Natuurlijk zijn er ook bonafide hondenfokkers die goed bezig zijn en aan alle eisen voldoen. Maar helaas zijn er veel te veel zogeheten broodfokkers die nog steeds honden fokken zonder dat het veel mag kosten, of uit het buitenland halen, paspoorten vervalsen, gebruik maken van valse entingsstickers, liegen over leeftijden van de pups en ga zo maar door.
Criminele netwerken
Misschien zeg je nu: ‘dan pak je die toch aan Ed?'. Geloof me, dat wil ik dolgraag, maar helaas is de praktijk wat ingewikkelder. Want deze fokkers en handelaren bevinden zich in goed georganiseerde criminele netwerken en het wordt steeds moeilijker om te achterhalen waar deze 'bedrijven' zich ophouden. Elke week wisselen ze van naam en telefoonnummers en als je als consument verhaal komt halen omdat je pas gekochte hondje doodziek blijkt, zijn bedreigingen geen uitzondering.
Alles afpakken!
Wat kunnen we er dan wel aan doen? Het publiek roept vaak: 'zwaardere straffen, betere wetgeving, alles afpakken!' Tuurlijk, daar ben ik het mee eens. Mensen die hun geld op deze manier verdienen, zonder zich om het welzijn van de dieren te bekommeren, dienen hard aangepakt te worden. Naar mijn mening zijn daar duidelijke regels en afspraken voor nodig, iets waar de Dierenbescherming nu campagne voor voert én uiteraard een goede controle daarvan. Maar zeker ook een eenduidig vervolgingsbeleid van justitie. Dé manier om deze mensen aan te pakken, is ze treffen op de plek waar de pijn het best gevoeld wordt: in de portemonnee.
Daarnaast zal de potentiële hondenkoper van tevoren goed moeten nadenken, zich voorbereiden en inlezen: Wat voor hond wil ik? Hoe duur zijn deze honden? Als ik op zaterdag een advertentie zie en de hond kan al op zondagochtend worden opgehaald voor een lage prijs, zou het dan wel kloppen? Het zijn allemaal vragen die je jezelf écht moet stellen. Kijk bijvoorbeeld ook even naar de tips van de Dierenbescherming.
Ik weet als inspecteur dat de honden die je te zien krijgt in een huiselijke omgeving, verkocht vanuit het mandje dat onder de keukentafel staat, een ellendige start van hun leven hebben gehad. Want, de hond ziet dit mandje enkel als jij hem komt ophalen of uitzoeken, de rest van de tijd ligt hij met vele soortgenoten in een donkere koude schuur.
Strijden tegen foute puppyhandel
Ik blijf als inspecteur strijden tegen dit leed, tegen deze foute puppyhandel.